Het Europees project Stronghouse loopt ten einde. Via dat project zette Stekr in op thermoscanning van woningen in Rivierenland. Met een warmtebeeldcamera wordt het warmteverlies van woningen perfect in kaart gebracht. Met deze techniek wil IGEMO inwoners sensibiliseren en overtuigen om hun woning energiezuiniger te maken. Hoog tijd om de cijfers van het project er eens bij te halen.

Om mensen te informeren over de mogelijkheid tot een thermoscan om warmteverliezen op te sporen aan hun woning, werden 4507 bewonersbrieven bezorgd in 13 wijken in Rivierenland.

Vrijwilligers

Voor de thermoscans uit te voeren, werd onder meer beroep gedaan op een groep van gemotiveerde vrijwilligers. In totaal werden 33 vrijwilligers opgeleid tijdens 15 educatieve opleidingssessies, 14 van hen zetten zich uiteindelijk ook actief in voor de thermoscanning doorheen de regio. Maar ook onderwijsinstellingen namen deel aan de thermoscanning. Maar liefst 120 leerlingen in 3 scholen gingen aan de slag met de speciale warmtescanners.

“Al dat engagement leverde mooie cijfers op.” onthult Evelien Impens, projectmanager. “Gedurende 103 dagen met goede (koude) omstandigheden in de verschillende winters tijdens de duur van het project werden 674 thermoscans gedaan. Daarvan werden er 239 afgelopen winter (2022-2023) uitgevoerd. Voor heel het project zijn dat afgerond gemiddeld 7 scans per dag. Intensief!”

Gepersonaliseerd advies

De eigenaars van woningen waarvan een thermoscan werd genomen, kregen bovendien een rapport met de resultaten én gepersonaliseerd advies van Stekr. Want het voorkomen van warmteverliezen heeft natuurlijk een positief effect op de energieconsumptie en dus ook op de portemonnee. Gericht renovatieadvies doet dan wonderen. Zo kregen 322 bewoners live renovatieadvies tijdens 12 terugkomsessies.

Het project liep tot het einde van de winter in 2023 in Berlaar, Bornem, Duffel, Sint-Katelijne-Waver, Puurs – Sint-Amands en Willebroek. In Europa nemen steden, gemeenten, provincies, intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en kennisinstellingen uit Vlaanderen, Nederland, Duitsland, Denemarken, het Verenigd Koninkrijk en Zweden deel aan het project.