Eind 2022 startte IGEMO met een doorbraakproject rond vrachtwagenparkeren. IGEMO voert dat project momenteel uit. De klemtoon ligt daarbij op het zoeken naar één of meer locaties om vrachtwagenparkeren in de regio mogelijk te maken.

Nu is ook een tweede project goedgekeurd, een City of Things-project. De focus van dat project ligt op het beter benutten van beschikbare terreinen bij bedrijven en bijvoorbeeld landbouwers. Belangrijk daarbij is dat we zoeken naar een oplossing met een sterke digitale component.

VLAIO ondersteunt het nieuwe project.

Regio Rivierenland als slimme regio

In een slimme regio (smart region) gebruiken besturen informatietechnologie en het internet der dingen (IOT) om problemen beter te beheren. Vrachtwagenparkeren heeft in de eerste plaats betrekking op economie en mobiliteit. In een slimme stad raakt het ook aan andere domeinen: milieu (verkeersleefbaarheid, afval, zuinig omgaan met ruimte, de link met vergroening en ontharding, droogteproblematiek, betonstop), bestuur (verkeersveiligheid, criminaliteit) enzovoort.

Door al die elementen te beheren met slimme technologie, wordt vrachtwagenparkeren een onderdeel van een slimme regio. Een eerste stap is het beter benutten van de voor vrachtwagenparkeren beschikbare ruimte. Dat is waar het nieuwe project om draait.

Een waaier aan problemen

De problematiek van vrachtwagenparkeren toont zich op erg veel manieren, waaronder de volgende:

  • Zo is er te weinig plaats voor vrachtwagenparkeren voor internationaal verkeer. Op EU-schaal schat de Europese Commissie het tekort aan vrachtwagenparkeerplaatsen langs de wegen van het Trans-Europese netwerk (TEN-T) op 100.000 plaatsen. Dat leidt tot “kamperen” van vrachtwagenchauffeurs, met overlast, sluikstorten en wildplassen tot gevolg.
  • Het respecteren van de rij- en rusttijden is een verplichting die de verkeersveiligheid ten goede komt maar die de nood aan ruimte voor vrachtwagenparkeren alleen vergroot.
  • Wachtparkeren gaat ook over voertuigen die staan te wachten tot ze een terrein kunnen oprijden waar ze moeten laden of lossen. Vaak gebeurt dat in de vroege uurtjes en dan kan een draaiende koelinstallatie voor erg veel (geluids)hinder zorgen.
  • Het vrachtwagenparkeren op bedrijventerreinen, waar er op piekmomenten soms veel gemanoeuvreerd wordt. De Stad Mechelen verrichtte een enquête bij 60 bedrijven, waarin 62% van de bevraagde bedrijven verklaarde dat er nood is aan een gemeenschappelijke vrachtwagenparking op openbaar domein.
  • Vrachtwagenchauffeurs/bewoners die in de regio wonen en die hun voertuig parkeren op momenten wanneer ze niet werken. Heel specifiek aan dit probleem is dat ze net in de buurt trachten te komen van woongebieden.

De rol van lokale besturen

Niet al deze problemen met vrachtwagenparkeren liggen binnen de bevoegdheid of mogelijkheden van lokale besturen. De klachten en hinder manifesteren zich wel op lokaal niveau en het spreekt dan ook voor zich dat lokale besturen een steen willen bijdragen aan een oplossing en als gebiedscoördinator andere partijen in het bad betrekken.

Er zijn zeker redenen om vrachtwagenparkeren op schaal van meerdere gemeenten of zelfs een hele regio samen aan te pakken:

  • Vrachtverkeer is niet gebonden aan gemeentegrenzen. Indien één gemeente een oplossing biedt en daardoor ruimte op het openbaar domein vrijmaakt, zou het kunnen dat de vrijgekomen ruimte snel ingepalmd wordt door vrachtwagens uit naburige gemeenten.
  • Vraag en aanbod binnen één of enkele gemeenten zijn wellicht te klein om kosten voor de toepassing van een applicatie te verantwoorden. Schaalbaarheid van de oplossing en het zoeken naar schaalvoordelen zijn dus zeker belangrijk.
  • Vrachtwagenparkeren is een gedeelde verantwoordelijkheid van verschillende partijen: lokale besturen, AWV, de Vervoerregio, de Vlaamse Waterweg, de logistieke sector, verladers, publieke en private terreinbeheerders…

Steden en gemeenten hebben de rol om domein-overschrijdend de problematiek in handen te nemen. Daarom nemen zeven gemeenten van Regio Rivierenland hierin het initiatief. De gemeente Puurs-Sint-Amands is de formele trekker van het project. Zij leggen deze opdracht bij IGEMO, hun intercommunale voor streekontwikkeling vanwege haar neutrale positie.

Welke oplossing?

Daarom denken we dat het tijd is om de beschikbare terreinen beter te gaan benutten. Het zou erg tijdsintensief zijn om eigenaars of beheerders van terreinen zelf samen te brengen. Een digitaal hulpmiddel (met een gerichte campagne) is daarom een deel van de oplossing.

We willen komen tot een oplossing die toelaat om beschikbare maar momenteel nog onderbenutte terreinen te verhuren en te reserveren. Die tool kan dan bv. vergelijkende info bevatten over de verschillende parkeerterreinen. Zo kunnen chauffeurs een weloverwogen keuze maken (bv. mogelijkheid tot opladen, bewaking, aanwezigheid van een hek of camera’s, sanitair, mogelijkheid tot catering of overnachting…). Het zou kunnen lijken op Immoweb, waarbij de toepassing in hoofdzaak web-based is. Het zou ook kunnen gaan om een mobiele app, meer zoals AirBnB, waar chauffeurs gebruik van kunnen maken wanneer ze onderweg zijn.

In het project zit ook een werkpakket om de toepassing af te stemmen op standaarden op Vlaams niveau en te koppelen aan de Vlaamse Open City Architectuur